Even overwogen we het Rijksmuseum, eigenlijk een must in het Rembrandt jaar. Zeker nu er een -naar men zegt- zeer aan te bevelen “Jeroen KrabbĂ© audiotoer” kan worden gemaakt. Hij schijnt je de schilderijen zowat in te zuigen. Doen we later dit jaar. Met Pasen vast geen goed idee.
De halve stad lijkt wel te zijn neergestreken in het park. Naarmate de centrum ingang nadert, wordt het steeds drukker. Maar de frisheid van vandaag geeft het iets luchtigs. Bij het theehuis strijken we neer. Het tafeltje staat precies uit de wind, de jassen kunnen uit. Een meisje aan het tafeltje achter ons beklaagt zich bij twee mannen over haar vriendje. Hij is weer eens niet op komen dagen. Ze kookt van binnen en heeft het helemaal met hem gehad. De twee mannen aan haar tafeltje brommen zo nu en dan instemmend. Zouden wij nooit doen, hoor je ze denken.
Langzaam slurp ik aan het schuim van mijn cappuccino. Ik kijk om mij heen. Hier en daar schiet een stuntelende skater door de bocht. Een op de vier hardlopers heeft geheel volgens de etiquette een iPod om de arm gebonden. Vandaag hoef ik niet te hollen. In mijn ogen schijnt de zon. Geluk is soms heel eenvoudig.